Door op een foto te klikken krijgt u een vergrote weergave. De foto, vooral de scherpte, is dan echt van veel betere kwaliteit.

Op mijn beelden rust copyright (© advanduren) en ze mogen niet voor andere doeleinden worden gebruikt dan waarvoor mijn schriftelijke toestemming is verleend.

zaterdag 23 maart 2024

Grote zaagbek, kleine- en wilde zwaan.

Voor enkele van mijn mede-bloggers zijn dit wellicht geen aansprekende soorten, immers de grote zaagbek en de wilde zwaan behoren tot de vaste wintergasten van de Amsterdamse Waterleidingduinen. Voor mij was het alweer heel wat jaren geleden dat ik een grote zaagbek kon fotograferen, het zijn vogels die in de winter vooral zoetwaterplassen en rivieren opzoeken in het binnenland, in tegenstelling tot de  middelste zaagbek die overwegend in zout water in de kustgebieden verblijft. Toch fotografeerde ik die laatste soort wel regelmatig omdat we graag uitstapjes maken naar de kust b.v. de Brouwersdam. 

Toen ik recent onderweg was naar het natuurgebied de Luijsen zag ik vanuit mijn ooghoek in de Zuid-Willemsvaart enkele grote zaagbekken zwemmen. Ik vatte het plan op om daar na enkele dagen eens te gaan kijken. Op de bewuste zondagmiddag, na een langdurige periode van regenval, reed ik aan de andere kant langs het kanaal, rustig daar weliswaar, maar wat ik niet wist is dat dat een zandpad is en dat was natuurlijk na die langdurige regen veranderd in een groot modderbad met diepe kuilen en gaten. Het gebeurde dat ik soms tot bijna de assen van de auto door de modder reed en dat kilometers lang. Toen ik de hoop al bijna had opgegeven zag ik plotseling toch een viertal grote zaagbekken ronddobberen en omdat ik weet dat die soort vrij schuw is ben ik op geruime afstand gebleven om vanuit de auto foto's te maken. Dat duurde even totdat er uit de tegenover gestelde richting ook een auto kwam aanrijden en dat maakte dat de vogels opvlogen naar mijn kant toe waardoor ik van dichtbij enkele vluchtfoto's kon maken. Eindelijk weer eens grote zaagbekken voor de lens.

Voordat we bij het kanaal waren passeerden we nog een akkergebied waar ik, weliswaar ver weg, enkele wilde zwanen zag zitten terwijl ik enkele weken daarvoor in de Groote Peel twee kleine zwanen ontdekte die al van grote afstand op de wieken gingen en mij daardoor in staat stelden om ze vliegend te fotograferen. Deze twee zwanensoorten ter afwisseling in het blog over de grote zaagbekken. 

Veel kijkplezier en bedankt voor jullie reacties op mijn vorige blog over de bosruiter en de groenpootruiter (klik hier)

Groeten, Ad


De foto die ik bijna op het einde van de sessie maakte, maar die als blikvanger als eerste op dit blog mag.


Het mannetje grote zaagbek, ook wel boterbuik genoemd. De foto laat niets te raden over waarom. Het licht was vrij wisselvallig en in dit geval vond ik het wel lekker meewerken in de compositie.


Mannetje en vrouwtje grote zaagbek die er totaal verschillend uitzien. Door de donkere achtergrond van de kanaalwand moest ik flink overbelichten.


Door rustig te blijven en stil te zitten in de auto kwamen ze langzaam wat dichterbij gedobberd. Jammer dat het mannetje z'n kop niet even omdraaide, maar zo zie je wel de mooie groene kleur daarvan.


Wilde zwanen op geruime afstand in een akker bij Someren.


Weliswaar ver weg, maar zo zie je ook wat van de habitat waarin ze in de winter hier verblijven. Het geel op de snavel bij de wilde zwaan loopt veel verder door naar de snavelpunt dan bij de kleine zwaan zoals verderop in dit blog zal blijken.


Toen de auto kwam aanrijden gingen de zaagbekken meteen op de wieken. Links zie je nog het gespetter van het vrouwtje, ik kon niet samen in een beeld vangen.


Ik heb een kleine selectie van de vliegbeelden hier opgenomen.


Het zijn best forse vogels en ze hebben net als zwanen een flinke aanloop nodig om los te komen van het water.


Maar als ze dan los zijn van het water is het ook wel weer een hele sierlijke vogel.


Bij de zgn. Mussenbaan bij de Groote Peel zag ik deze twee kleine zwanen. Behalve dat het geel op de snavel niet zo ver doorloopt als bij de wilde zwaan heeft deze soort ook een kortere hals.


Ook deze soort is erg schuw en ze gingen we al snel vandoor.


Ik kon daardoor wel enkele leuke vliegbeelden maken.


Kleine zwanen


En hoewel ze me in het water niet gunden om dichterbij te komen cirkelden ze een aantal keren vlak langs me heen, voor mij een teken dat ik ze niet echt verstoord had, het laatste dat ik zou willen.


Na een paar rondjes vliegen streken ze dichtbij toch weer neer maar helaas op een plek waar ik ze niet kon fotograferen.


Ik dacht dat ik met het wegvliegen de grote zaagbekken wel gehad had, maar een stuk verderop in het kanaal zwom nog een paartje. Deze bleken wat minder schuw.


Door een andere lichtval was nu vooral de groene kop en de "boterbuik" beter te zien.


Man en vrouw grote zaagbek, als je niet beter weet zou je denken dat het twee totaal verschillende soorten zijn. De naam zaagbek is overigens afgeleid van de gekartelde snavelrand die ze in staat stelt gevangen vissen, waar ze van leven, goed vast te kunnen houden.


Ook het vrouwtje is een prachtige vogel met die vosrode kop en haar sjieke grijze mantelpakje.


De boterbuik met z'n strak afgetekende groen kop en voorname rode snavelkleur met in de flanken een elegante belijning.


Tenslotte mag het vrouwtje dit blog afsluiten met als laatste kenmerk de hier goed zichtbare volle kuif die afhankelijk van de stemming meer of minder wordt uitgezet.

Slotwoord: De volgende keer aandacht voor wat tuinvogels, alledaagse soorten waar ik me vooral tijdens de wintermaanden mee bezig gehouden heb. Tot dan.

woensdag 28 februari 2024

Groenpootruiter, Bosruiter en wat grutto's

Enkele weken geleden volgde ik een webinar van de Pixfactory, de organisatie die ook het blad Natuurfotografie Magazine uitgeeft, over steltlopers. Hierbij werd met name stilgestaan bij het verschil tussen de verschillende soorten steltlopers en de herkenning daarvan. Telkens werden twee soorten met elkaar vergeleken die volgens de presentator, waarvan ik de naam helaas vergeten ben, erg sterk op elkaar leken. Zo ook een onderdeeltje met vergelijkingen van en verschillen tussen de groenpootruiter en de bosruiter.  

Nou heb ik beide soorten al vaker gefotografeerd en als je die dan in het echie gezien hebt en daar een serie foto's van hebt geschoten en die vervolgens in de nabewerking talloze malen je scherm hebt zien passeren dan is het verschil wel duidelijk en de herkenning niet zo moeilijk meer.

Omdat ik toch nog enkele mappen had staan met deze soorten en daar altijd nog eens een blog van wilde maken leek me dit wel een mooie aanleiding om daar nu eindelijk eens uitvoering aan te geven.

Ik heb deze foto's destijds gemaakt in polder de Hoefsteeg bij Rosmalen waar in die tijd een weidevogelvriendelijke boer elk jaar een stuk weiland plas/dras zette en het is natuurlijk niet toevallig dat in het webinar deze twee soorten naast elkaar gezet werden omdat ze niet alleen enigszins op elkaar lijken maar ook in hetzelfde biotoop voorkomen. Intussen is deze boer overigens om voor mij onbekende reden helaas met deze activiteit gestopt.

Veel kijkgenoegen bij deze foto's en bedankt nog voor jullie leuke reactie op mijn vorige blog over de ijsvogel (klik hier)

Groeten, Ad



Groenpootruiter, een en al elegantie, ik vind het een van de mooiste steltlopers.


Toen we bij het plas-dras gebiedje aankwamen zag ik al gauw deze groenpootruiter tussen het opgeschoten gras rondscharrelen.


Buiten het anders getekende rugdek kun je de groenpootruiter goed onderscheiden van de bosruiter door de ietwat opgewipte snavel. De bosruiter heeft een rechte snavel die bovendien ook korter is.


Als ze al wandelend foerageren hebben ze met die lange stelten al snel een flinke afstand afgelegd.


Hier zie je heel duidelijk hoe belangrijk het is dat het plas-dras de juiste diepte heeft, ze moeten immers met hun snavel nog wel de bodem kunnen bereiken om te foerageren.


Even verderop liepen ook enkele scholekster in het gebiedje.


Ik wachtte even omdat ik het wel leuk vond om ze gezamenlijk in beeld te krijgen, ook al vielen de scholeksters niet in het scherptedieptebereik.


Ineens zag ik een vogel lopen die wel enigszins leek op de groenpootruiter, maar al gauw zag ik dat hij niet alleen een slag kleiner was dan de groenpoot, maar ook een totaal anders getekend rugdek had n.l. veel meer gespikkeld waardoor het ook veel harder overkomt, de bosruiter.


Ik had deze vogel al wel eens eerder gezien, maar nog nooit echt goed op de plaat kunnen zetten omdat het meestal te ver weg was. Ik was dus wel blij met deze kans.


Deze vogel foerageert ook in een andere zone van het gebied meer in het slik aan de randen van het plas-dras waarschijnlijk ook omdat hij met z'n aanzienlijk kortere snavel de bodem niet kan bereiken.


Tijdens het foerageren wordt voortdurend de lucht in de gaten gehouden op de aanwezigheid van predatoren, bosruiters zijn door hun kleinere formaat natuurlijk een prima prooi voor kiekendieven.


Bosruiter, een mooie en afwijkend getekende, meer geparelde verenkleed.


Even later zag ik dat er nog een bosruiter rondliep en het lukte me om ze beiden op een plaatje te krijgen.


Plotseling werd mijn oog getrokken door een grote groep overvliegende wulpen.


Die wilde ik toch ook wel even meepikken.


Er liepen ook meerdere groenpootruiters in het gebied, hier zie duidelijk een anders getekende vleugel die meer donkere velden bevat. Het is me niet helemaal duidelijk of dit een geslachtskenmerk is.


Hier zie je duidelijk waar deze mooie vogel z'n naam te danken heeft, die groengele poten.


Het ligt natuurlijk ook aan de lichtval, maar soms denk je dat "geelpootruiter" een betere benaming was geweest.


De groenpootruiter heeft een opvallend torpedovormig lijf.


Wellicht mede daardoor dat hij zo elegant oogt.


Plotseling verscheen er ook een grutto op het toneel.


Ondanks de aanwezigheid van de weidepalen, het riet en het gras in de achtergrond kreeg ik haar toch redelijk scherp in beeld. De scholekster vindt het allemaal wel best.


Ze maakte aanstalten om te landen in het water.


Even verderop stond een mannetje haar al op te wachten. Op de oever drentelde een witte kwikstaart.


Enkele weken later ben ik nog eens naar deze plek terug gegaan. Aanvankelijk zag ik geen bosruiters meer, maar ik trof wel weer een groenpootruiter. Door de totaal andere lichtomstandigheden kreeg ik heel andere foto's, maar ook had dit exemplaar een heel ander vleugelpatroon.


Het leek wel of de kop, borst en stuit ook veel lichter waren waardoor er een high-key effect ontstond.


Als ze hun veren uitzetten blijft er van die elegantie niet veel neer over.


In de veronderstelling dat de bosruiters inmiddels verdwenen waren dook er plotseling toch weer een op en strekte even lekker z'n vleugels alsof hij wilde zeggen zie mij vooral niet over het hoofd.


Toen we na deze sessie door de polder naar huis reden kwamen we deze haas nog tegen, de enige niet-vogel foto, alhoewel stond daar toch ook nog een kievit in beeld. Zonder die kievit had ik die haas waarschijnlijk niet eens opgemerkt. Vogeldeformatie??

Slotwoord: Zo zonde dat deze boer gestopt is met z'n plas-dras, het oefent een onuitstaanbare aantrekkingskracht uit op de vogels en je ziet meteen het resultaat. Hopelijk komt hij op z'n besluit terug. Nadat ik deze foto's had bewerkt en dit blog gemaakt zag ik dat ik nog enkele mappen heb met deze mooie steltlopers die zeker de moeite waard zijn om in de toekomst ook nog eens te laten zien. Tot de volgende keer.